Downloads Risk Compliance Congres

Jan van Koningsveld
“Risico’s van transacties met offshoremaatschappijen”
Download

Ingrid Gacci
“Pecunia non Olet”
Download

Onno de Vrij
SIRA -Minder waarhet kan, meerwaarhet moet
Download

Gert Demmink
Lunchworkshop A: The Big Bad Wolf of Change
Download

Karl van der Horst
Lunchworkshop A: De aandacht van een Compliance Officer
Binnenkort beschikbaar

Paul Hommes
Lunchworkshop B: Implementing a Consistent and Efficient Third-Party Due Diligence Process
Download

Willem van Asperen en Michiel Krol
Lunchworkshop C: Data driven innovaties: Smart Risk & Compliance
Download

Simone Heidema en Julia Rijssenbeek
Casestudy A: Hearts and Minds Financial Sector
Download

Gino Coene
Casestudy B: Wat hebben stresstesten en IFRS 9 met elkaar gemeen?
Download

Christiaan van Bueren
Casestudy C: De nieuwe mogelijkheden van online learning op het gebied van risk & compliance.
Download

Robby Philips
Casestudy D: Internationaal Forensisch Data Management bij de Rabobank Groep
Download

Ivo Vis
Casestudy E: De weg naar data gedreven toezicht.
Download

Juliëtte van Doorn
Casestudy F: Financiële economische criminaliteit, van denken naar doen.
Download

Stephan van der Windt
Ronde Tafel EMIR & IT impact
Binnenkort beschikbaar

Arjen Tillema
Keynote Lagerhuisdebat 2016
Download

Sharon Oded
Professorendebat Breaking the silence from the inside
Download

Chris Buijink

‘Investeren in draagvlak voor Europese project’

Toespraak Chris Buijink tijdens congres Risk & Compliance 2016, 2 juni 2016, Baarn

‘Het is in ons maatschappelijke en economisch belang om te blijven werken aan het vervolmaken van de Europese Bankenunie en te bouwen aan een robuuste en betrouwbare bankensector. Bij dat alles is het essentieel dat de nationale regeringen en parlementen, de Europese Commissie en het Europees parlement investeren in het versterken van het draagvlak bij burgers en bedrijven voor het Europese project. Dat is een verantwoordelijkheid van regeringen en volksvertegenwoordigers, maar ook van ons in het bedrijfsleven.’ Dat zei voorzitter Chris Buijink in een toespraak tijdens het congres Risk & Compliance 2016 in Baarn.

  • Dames en heren, Europa is belangrijk voor banken. Op het Europese niveau bouwen banken samen met politici en toezichthouders aan een robuuste en betrouwbare bankensector.
  • Tegelijk verkeert Europa bestuurlijk in zwaar weer. We staan aan de vooravond van een referendum over een eventueel Brexit. Als het zover komt, kan dat voor een nieuwe machtsverhouding op het Europese continent zorgen.
  • Deze week nog waarschuwden 51 CEO’s van multinationals in een brief in the Financial Times voor de negatieve gevolgen daarvan. “We believe the case for Europe has never been stronger,” schreven ze. “Since its inception, the EU has been a force for positive change – economically, socially, in terms of security, and in terms of the quality of life. Over the past 60 years, businesses have flourished and families have on average be-come more prosperous thanks to closer ties between people and institutions across Europe”. Zo wordt het breed in Europa niet beleefd.
  • In eigen land zal het tot een ‘Nexit’ gelukkig niet zo snel komen. SCP-onderzoek vorig jaar wees uit dat een minderheid van 24% het beter vindt als Nederland de EU verlaat. Desondanks is men niet positief over de EU. 40% is voldoende tevreden met de Europese politiek, 60% niet.
  • “The case for Europe has never been stronger”. Dat geldt ook voor de banken.
  • Sinds 4 november 2014 is sprake van Europees toezicht met een Europese Toezichthouder, de Europese Centrale Bank, als eerste stap. De komst van de bankenunie is net als de introductie van de euro een historische stap.
  • Belangrijke reden voor de banken om hier positief over te zijn, is in de eerste plaats de bijdrage ervan aan financiële soliditeit en stabiliteit en het maatschappelijk vertrouwen in banken. De banken in het gehele eurogebied worden scherper gecontroleerd.
  • Ook groeit er één grotere interne financiële markt en dat biedt kansen:
    De beschikbare gelden worden efficiënter ingezet. De liquiditeit van banken met vestigingen in verschillende landen laat zich gemakkelijker verplaatsen tussen die landen, wat voor klanten van banken en de banken zelf een groot voordeel is.
    Het is voor banken goedkoper om te opereren in landen met vergelijkbare regelgeving.
    Er is een grotere interne markt waarin aan dezelfde regels moet worden voldaan.
    Er zijn betere concurrentiemogelijkheden door het gelijke speelveld dat ontstaat.
    De bankenunie draagt bij aan een nieuw perspectief. Er wordt nog wel eens gezegd dat de Nederlandse bancaire sector nogal groot is. Zo’n 4 keer het Nederlandse BBP. In 2008 was dat overigens zes keer. Ten opzichte van het Europese BBP is de huidige verhouding eigenlijk normaal.
  • Er kan nu worden geprofiteerd van de best practices uit 19 landen en tegelijkertijd is er onafhankelijker toezicht ten opzichte van nationale belangen.
  • Verdere harmonisatie van regelgeving is nog helemaal niet zo eenvoudig. In de verschillende lidstaten bestaat aparte wetgeving. In Europa woedt nu een stevige discussie over options and discretions.
  • De ervaringen van het Nederlands bankwezen met de ECB zijn over het algemeen goed. De ECB bevindt zich nog in de opbouwfase. We zijn net bezig. De banken hebben veel bewondering voor het feit dat de ECB in zo’n korte tijd uit de grond is gestampt. Dit is echt een historische prestatie.
  • De toezichtinstrumenten van de ECB zijn voor de direct onder toezicht staande banken verder geharmoniseerd. Een belangrijk voorbeeld hiervan vormen de kapitaaleisen die worden gesteld in het kader van de Supervisory Review and Evaluation Process (SREP).
  • Uiteraard zijn we er nog niet. Zo is het voor de banken belangrijk dat de afbakening tussen de ECB en DNB nog duidelijker wordt. Dit is nog ‘work in progress’. De oprichting van de ECB is geen efficiency-operatie geweest. Het is veel groter en belangrijker.
  • Toch moeten we wel oppassen dat de ECB niet een éxtra toezichthouder is. Dit zou meer afstemmingsproblematiek geven. Het is belangrijk om vanaf het begin goed in de gaten te houden.
  • Denk hierbij bijvoorbeeld aan de geschiktheidstoets voor bestuurders. Hier hebben zowel DNB als ECB een rol. Hierdoor duurt het proces langer. Daar moet nog wel eens even goed naar worden gekeken.
  • Ook de planning in het on-site toezicht – een busje met toezichthouders rijdt voor; dat is voor Nederland een geheel nieuwe ervaring! – moet nog beter. Er zit nu nog te veel tijd tussen de aankondiging van een onderzoek, de uitvoering en de bekendmaking van de resultaten.
  • Een belangrijk verschil met het ‘oude’ toezicht van DNB is dat er nu meer “rule-based” wordt gewerkt. DNB werkte meer ‘principle-based’. Dit heeft als voordeel dat een bank precies weet waar deze aan toe is. Nadeel is dat niet alle situaties zich lenen voor “ticking the box”. Er moet ook wel ruimte blijven voor “gezond verstand” van de toezichthouder en de bankier.
  • De tweede en derde pijler van de bankenunie gaan over het moment dat het onverhoopt toch mis mocht gaan met een bank. In dat geval moeten de gevolgen voor de lidstaat, de EU als geheel en uiteindelijk voor de belastingbetaler zo beperkt mogelijk blijven.
  • Pijler 2 van de Europese bankenunie is een Europees resolutiemechanisme. Dit is vanaf 1 januari 2016 stevig in elkaar gezet. Dit is echt een hele nieuwe tak van sport. De Single Resolution Board in Brussel wordt nu opgebouwd. De SRB ziet indien nodig toe op dat er sprake is van een geordend faillissement van een bank.
  • Vrijwel elke bank (in een aantal gevallen voor kleine banken zijn er uitzonderingen) dient herstel –en resolutieplannen te hebben. De herstelplannen worden opgesteld door de banken en vervolgens goedgekeurd door de ECB of de nationale toezichthouder.
  • Indien van herstel geen sprake is, zal er moeten worden gekeken naar een oplossing. Er moet gestreefd worden naar een private oplossing in geval van een onverhoopt faillissement.
  • Onderdeel van resolutie is de bail-in. Dit is een extra buffer van banken. In dit verband wil ik daarom ook graag nog eens opmerken dat de buffers van banken de afgelopen jaren sterk zijn verhoogd. Enerzijds zijn de buffers voor het “going concern” sterk toegenomen. Wat hun kapitaal betreft, zitten de grote Nederlandse banken boven het Europees gemiddelde. Daarnaast moeten banken nu ook nog extra kapitaal aanhouden in het kader van resolutie (gone concern). Dit gaat om gemiddeld zo’n 8% per instelling. Dit betekent dat, als de nood aan de man komt, vreemd vermogen kan worden omgezet in eigen vermogen. Skin in the game.
  • Mochten er – onverhoopt – toch nog extra middelen nodig zijn, dan is er een resolutiefonds in het leven geroepen. Hierin wordt uiteindelijk een bedrag van EUR 55 mrd beschikbaar gesteld door de banken. Banken dragen hier graag aan bij omdat ook zij niet willen dat de belastingbetaler voor problemen bij banken moet opdraaien. Dit fonds moet dan ook voldoende zijn om de gevolgen van de resolutie van een grote bank op te vangen. Dit fonds zal, na een eventuele benutting, uiteraard weer moeten worden aangevuld.
  • Pijler 3 is een Europees depositogarantiestelsel. Dit houdt in dat alle consumenten in Europa er zeker van moeten kunnen zijn dat hun spaartegoeden tot een bedrag van EUR 100 duizend gegarandeerd zijn. Nu is het DGS nog voornamelijk nationaal geregeld. Er liggen nu plannen klaar om deze financiering Europees te regelen.
  • De Nederlandse banken staan hier positief tegenover maar wel met een “ja mits”. Er moet van een goede en realistische risicodeling sprake zijn.
  • Dit kan worden bereikt door de introductie van risicogewichten voor staatsobligaties, een extra check van de bankenbalansen die niet direct onder SSM-toezicht vallen en verdere harmonisatie van het single rule book.
  • Dames en heren, ik heb u geschetst hoe robuust de Europese bankenunie is als zij is voltooid. vordert. Het wordt een stevig gebouw. Het komt er op aan die bouw ook inderdaad te voltooien. Ondertussen zijn nieuwe risico’s opgedoemd. Dat zijn de onzekerheid bij banken van het verder opschroeven van kapitaalseisen door het Bazels comité van centrale banken en de zeer lage ECB-rente en de gevolgen daarvan voor de winstgevendheid van banken. Ook afhankelijk van de uitkomsten hiervan kan dit impact hebben op de economie en klanten van banken.
  • Daarnaast wordt het traditionele bankmodel uitgedaagd door de opkomende concurrentie van FinTechbedrijven. Dat houdt onze banken – in de kern FinTechbedrijven avant la lettre – scherp. Ondernemerschap en innovatie in een omgeving die volop in beweging is. Scherp om volop in te zetten op voldoende vernieuwing vanuit het perspectief van wat de klant verder kan helpen.
  • Het Nederlands bankwezen heeft de afgelopen jaren veel aandacht heeft geschonken aan gedrag en cultuur. De crisis heeft laten zien dat herstel van vertrouwen noodzakelijk was en is. Hierbij spelen gedrag en cultuur een belangrijke rol. De invoering van de bankierseed is hierbij een belangrijke stap. Het gaat hierbij vooral ook om de vernieuwing van cultuur binnen de banken. Banken hebben dit heel serieus opgepakt.
  • Er is ook tuchtrecht ingesteld. In het najaar zullen naar verwachting de eerste uitspraken komen. In Europa en ver daarbuiten bestaat veel belangstelling voor de bankierseed. Vorig jaar verscheen er een artikel over op de voorpagina van The New York Times.
  • ‘We need a culture that holds individuals accountable for the consequences of their behavior—good and bad. And that change in culture must come from within,’ zei Christine Lagarde, baas van het IMF, noemde de Nederlandse bankierseed in een toespraak eind vorig jaar bij de New York Fed. Zij noemde de Nederlandse bankierseed daarvan ‘a good example’.
  • Het gaat niet om de eed op zich. Het gaat er om het gesprek over wat het betekent in een bank te werken, in alle teams en bij elke medewerker te brengen. Samen moeten zij zich verantwoordelijk voelen voor het schragen van de waarden van hun bank. Dat betekent elkaar ook durven aanspreken. Dat betekent dillema’s open op tafel durven te leggen. Elke medewerker is eigenlijk een compliance officer.
  • De Nederlandse toezichthouders DNB en AFM besteden veel aandacht aan cultuur en gedrag en ECB-toezichthouder Danièle Nouy noemde hun werk onlangs de best practice in Europa.
  • De Nederlandse Verenging van Banken maar ook onze Europese partners verenigd in de Europese Banken Federatie – onlangs nog bijeen in Amsterdam – heeft vertrouwen in verdere Europese samenwerking. Europa verkeert bestuurlijk in zwaar weer, dat zien wij ook. Veel mensen staan soms sceptisch tegenover de ontwikkelingen.
  • Het is in ons maatschappelijke en economisch belang om te blijven werken aan het vervolmaken van de Europese Bankenunie en te bouwen aan een robuuste en betrouwbare bankensector.
  • Bij dat alles is het essentieel dat de nationale regeringen en parlementen, de Europese Commissie en het Europees parlement investeren in het versterken van het draagvlak bij burgers en bedrijven voor het Europese project. Dat is een verantwoordelijkheid van regeringen en volksvertegenwoordigers, maar ook van ons in het bedrijfsleven.
  • Europe is a reality and a force for the good!
  • Dank voor uw aandacht.